4.6 Besluit hoofdstuk 4
In dit hoofdstuk werden de verschillende mogelijkheden beschreven hoe de Vlaamse overheid intervenieert om diversiteit en concurrentie in de mediasector te behouden en te stimuleren.
Ze werden beschreven volgens een bestaand schema dat een onderscheid maakt tussen restricties, tegengewicht, economische tussenkomst, transparantie en organisatorische maatregelen.
Over het algemeen werd opgemerkt dat audiovisuele media aan meer regels onderhevig zijn dan gedrukte media en internet.
Daarnaast werden er een aantal voorstellen geformuleerd om in de toekomst nog beter naar deze doelstellingen toe te werken. Sommige van deze voorstellen kregen extra aandacht en werden opgenomen als beleidsaanbeveling.
In het kader van regulering werd aangehaald dat in Vlaanderen geen verplichte scheiding tussen omroeporganisatie, dienstenverdeler en netwerkoperator bestaat. Daardoor kan machtsmisbruik mogelijk worden. Het is aan het beleid om te bepalen hoe deze kans tot een minimum beperkt kan worden.
In dit hoofdstuk werd ook bestudeerd wat er gebeurt wanneer een dienstenverdeler eigenaar wordt van zenders via de overname van participaties in een mediagroep. Een mogelijk gevolg kan zijn dat hij meer informatie (bv. cijfers met betrekking tot het kijkgedrag) uitwisselt met zijn eigen televisieomroeporganisatie dan met andere. Hierdoor ontstaat er een voordeel ten opzichte van andere televisieomroeporganisaties. De eigen zenders krijgen een beter inzicht in het kijkgedrag van hun publiek en kunnen aan targeted advertising doen. Dit kan op zijn beurt weer leiden tot hogere advertentie-inkomsten. Het is mogelijk dat andere televisieomroeporganisaties geen of moeilijker toegang zullen krijgen tot deze informatie na een overname.
Bovendien kan zo'n dienstenverdeler die één of meerdere 'open net'-zenders controleert, de nieuwe stimuleringsregeling meer in eigen belang gebruiken t.o.v. andere distributeurs door de coproducties uit te zenden op zijn eigen zenders. Andere spelers hebben deze mogelijkheid niet.
Als resultaat kan er een concurrentiële scheeftrekking tegenover andere spelers ontstaan.
Het Vlaamse beleid zou kunnen ingrijpen, bv door de verplichte invoering van Chinese Walls om vertrouwensissues op te lossen. Er zou ook een aanvulling kunnen komen van art. 211 van het Mediadecreet met verplichtingen over informatieverstrekking geschreven kunnen worden, naar analogie van de OFTEL-verplichtingen in het Verenigd Koninkrijk[193].
Vermits er gehandeld wordt op een domein waar er zowel Vlaamse (omroep) als federale bevoegdheden van tel zijn (auteursrecht, mededinging), is overleg met het federale niveau aangewezen.
Dit is grotendeels nog onontgonnen terrein en er zijn praktische moeilijkheden waarvoor weinig pasklare oplossingen voorhanden zijn. Een mogelijke oplossing bestaat misschien in het verplicht niet-discriminerend ontsluiten van informatie voor iedere speler (eventueel door een aparte bedrijfsentiteit of onderneming).
Tijdens het voorbereidend onderzoek naar de participatie van Telenet in De Vijver media werd door de Europese Commissie bij de VRM geïnformeerd in hoeverre de VRM kon bijdragen tot de kwaliteit van de oplossing van disputen in dit dossier. Daarop heeft de VRM geantwoord dat het de organisatie daar momenteel de bevoegdheid voor ontbrak. Indien het beleid van oordeel is dat de VRM in de toekomst hierin een rol zou kunnen spelen, kan deze bevoegdheid toegekend worden. Hiervoor is een decretale aanpassing vereist.
Door levensbeschouwelijke bewegingen een forum te geven, wordt de diversiteit in de media bevorderd. Tot voor kort werd dit bewerkstelligd via uitzendingen door derden, maar dit concept wordt momenteel heroverwogen.
In Vlaanderen bestaat er geen must-offerverplichting zoals in andere landen. Gezien de besluiten die de VRM samen met de andere regulatoren genomen heeft m.b.t. het openstellen van het kabelnetwerk, zou dit echter een maatregel kunnen zijn om de toegang tot content te vergemakkelijken voor alternatieve operatoren. Een opstartende ondernemer die weinig televisieabonnees heeft, staat in een zwakkere onderhandelingspositie. Zeker wanneer er gekeken wordt naar de verticale concentratiebewegingen die zich voordoet in het medialandschap, kan er mogelijk misbruik optreden. Door de must-offerverplichting moeten beide partijen samenwerken om tot een goed akkoord te komen.
Een andere suggestie bestaat er in meer samenwerking te bekomen tussen de verschillende beleidsniveaus. Doordat zij gebonden zijn aan strikte regels is het uitwisselen van informatie tussen verschillende overheidsorganisaties niet altijd mogelijk. Het is echter wenselijk om deze samenwerking verder uit te breiden om een grotere transparantie te bekomen.
Ook kunnen de steeds groter wordende samenwerkingsverbanden tussen verschillende lokale radio-omroeporganisaties resulteren in een daling in diversiteit. Door radio-omroeporganisaties op te leggen dat ze een onafhankelijke redactie moeten behouden, kan deze verwatering van diversiteit tegengegaan worden.
Een bijkomende taak voor de VRM die betrekking heeft op de bescherming van het privéleven ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens kan een belangrijke meerwaarde creëren ter aanvulling van de bevoegdheid en de deskundigheid van de Privacycommissie.
[193] Oftel, de voorloper van de regulator Ofcom, bepaalde in voorwaarde 12 van de Code of practice on the confidentiality of subscriber information dat een dienstenverdeler zich verzekert dat data afkomstig van andere omroepen uit het CAS-systeem (= voorwaardelijke toegangssysteem) niet doorgegeven wordt aan de geassocieerde ondernemingen van de dienstenverdeler.