Digitaledienstenverordening DSA

“De Europese Digitaledienstenverordening (DSA) is een Europese wettekst met als hoofddoel om binnen de EU te zorgen voor een veilige online omgeving, in het bijzonder door ‘illegale inhoud’ online aan te pakken.

De Digitaledienstenverordening verplicht aanbieders van ‘tussenhandeldiensten’: onlineplatforms en digitale diensten (zoals sociale media- en videoplatforms, online marktplaatsen, zoekmachines, …) om grote transparantie te bieden over de inhoud die zij doorgeven, verwijderen en/of aanbevelen. Zij biedt ook aan de eindgebruikers (en bij uitbreiding onderzoekers, instellingen en maatschappelijke organisaties) veel meer mogelijkheden om de onlineplatforms daar zelf over aan te spreken.

De Digitaledienstenverordening is sedert 17 februari 2024 rechtstreeks van toepassing in alle EU-lidstaten en dus ook in België, zonder omzetting in Belgische of Vlaamse regelgeving.

De Digitaledienstenverordening voorziet ook in een specifiek toezichtregime.

Het toezicht op de grootste onlineplatforms en zoekmachines (zogenaamde VLOP’s en VLOSE’s) gebeurt in hoofdzaak door de Europese Commissie. Voor de andere ‘aanbieders van tussenhandeldiensten’ gebeurt dit door ‘digitaledienstencoördinatoren en andere bevoegde autoriteiten’ uit de lidstaten waar zij zijn gevestigd.

In België werden vier bevoegde autoriteiten aangeduid, op niveau van de gemeenschappen en op federaal vlak, omdat met de toepassing van de Digitaledienstenverordening tal van bevoegdheden betrokken zijn. De Vlaamse Regulator voor de Media (VRM) is als bevoegde autoriteit aangeduid voor de Vlaamse Gemeenschap. De Conseil Supérieur de l'Audiovisuel (CSA) en de Medienrat zijn de bevoegde autoriteiten voor respectievelijk de Franse en Duitstalige Gemeenschap en het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie (BIPT) voor de federale overheid.

De Digitaledienstenverordening vereist tevens dat een digitaledienstencoördinator (DSC of Digital Services Coordinator) wordt aangeduid voor elke lidstaat. Het BIPT wordt aangeduid als de Belgische ‘digitaledienstencoördinator’. Gelet op de Belgische bevoegdheidsverdeling moet dit gebeuren in een samenwerkingsovereenkomst, afgesloten tussen de federale Staat en de gemeenschappen.

Naast handhaving en toezicht op de naleving van de zorgvuldigheidsverplichtingen door de aanbieders van digitale diensten, oefenen de bevoegde autoriteiten ook administratieve taken uit in het kader van de Digitaledienstenverordening, zoals:

De Digitaledienstenverordening geeft eindgebruikers en gebruikersverenigingen bovendien ook het recht om klacht in te dienen bij de digitaledienstencoördinator  tegen aanbieders van tussenhandeldiensten wegens vermeende inbreuken op verplichtingen uit de verordening.”