2.2. Het reglementair kader

2.2.1. Europese regelgeving

Het Vlaamse Mediadecreet [1] bestaat in grote mate uit bepalingen die omzettingen vormen van op EU-niveau geharmoniseerde regelgeving, met name de Europese Richtlijn Audiovisuele Mediadiensten (AVMD Richtlijn) [2] en het Europees Wetboek voor Elektronische Communicatie (EWEC) [3].Zij hebben respectievelijk betrekking op omroepinhoud en (omroep)infrastructuur. Reeds in 2018 werd deze EU-regelgeving gemoderniseerd en tegen eind 2020 dienden de EU-Lidstaten (met inachtneming van de Belgische bevoegdheidsverdeling, ook de Vlaamse overheid) deze Europese regels om te zetten in eigen regelgeving.[4]

In 2021 werd de omzetting van de herziene AVMD Richtlijn en het EWEC afgerond in de Vlaamse Gemeenschap. De omzetting had immers vertraging opgelopen, zoals in heel veel EU-Lidstaten, in grote mate ten gevolge van de coronacrisis. Uitzondering hierop vormden twee bepalingen uit de herziene AVMD Richtlijn die in de Vlaamse Gemeenschap wel al afzonderlijk vroeger werden omgezet, respectievelijk met betrekking tot de bevordering van Europese producties door niet-lineaire televisieomroeporganisaties [5] en het toekennen van meer flexibiliteit bij het inplannen en spreiden van reclame.[6]

Bij decreet van 19 maart 2021 werd in de eerste plaats de herziene AVMD Richtlijn omgezet, wat de dwingende nog niet omgezette bepalingen betreft.[7] Het opzet van de wijzigingen aan het Mediadecreet is om een gelijk speelveld in het medialandschap te bewerkstelligen (tussen lineaire en niet-lineaire diensten), alsook een afdoende bescherming van de mediagebruikers (van onder meer videoplatformdiensten) te verzekeren.

Deze omzetting van de herziene AVMD Richtlijn heeft gevolgen voor verschillende bepalingen in het Mediadecreet, meer specifiek: de algemene bepalingen en definities, het verbod op aanzetten tot geweld of haat, informatieverplichtingen voor omroeporganisaties, de uitzonderingsprocedure waarin kan worden afgeweken van het vrij verkeer van omroepdiensten, de bescherming van minderjarigen, commerciële communicatie, regels met betrekking tot het bepalen van de bevoegde Lidstaat en informatie-uitwisseling hierover met de Europese Commissie en andere EU-Lidstaten, toegankelijkheid van televisiediensten voor personen met een handicap, televisiediensten van algemeen belang, nieuwe bepalingen voor videoplatformdiensten, signaalintegriteit en de taken en werking van de VRM.

Zo heeft de VRM op 14 december 2021, volgend op de omzetting van de herziene AVMD Richtlijn, een Content Creator Protocol (CCP) gepubliceerd, bestemd voor content creators, vloggers en influencers. In het CCP kunnen zij op een eenvoudige wijze terugvinden hoe zij online video’s conform de regelgeving kunnen plaatsen op sociale mediaplatformen zoals Youtube, Instagram, Tiktok, Twitch en andere.[8]

Bij decreet van 2 juli 2021 werd vervolgens ook het EWEC (gedeeltelijk) omgezet.[9] Hoewel telecommunicatie een federale bevoegdheid is, hebben heel wat artikelen uit het EWEC ook betrekking op omroep, zoals met name de marktregulering. Daarom heeft ook de Vlaamse Gemeenschap het EWEC gedeeltelijk omgezet.

Deze omzetting van het EWEC heeft gevolgen voor verschillende bepalingen in het Mediadecreet, meer specifiek: de algemene bepalingen en definities, de bepalingen betreffende verplichte openbare raadplegingen, de criteria voor toewijzen van erkenningen, de ‘andere radio-omroeporganisaties’, de ‘may-‘ en ‘must carry’-bepalingen, de marktanalyse, het opleggen van verplichtingen aan ondernemingen met aanmerkelijke marktmacht, het aanbieden van kabel- en etheromroepnetwerken, het gebruik van normen voor het uitzenden van televisiesignalen en ook hier de taken en werking van de VRM.

Naast deze twee omzettingsdecreten die het Mediadecreet hebben gewijzigd, zullen er in ieder geval ook nog verschillende uitvoeringsbesluiten moeten worden gewijzigd of worden aangenomen door de Vlaamse Regering.

[1] Decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie, BS 30 april 2009.
[2] Richtlijn (EU) 2018/1808 van het Europees Parlement en de Raad van 14 november 2018 tot wijziging van Richtlijn 2010/13/EU betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn audiovisuele mediadiensten) in het licht van een veranderende marktsituatie, Pb.L. 303 28 november 2018, p. 69.
[3] Richtlijn (EU) 2018/1972 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot vaststelling van het Europees wetboek voor elektronische communicatie, Pb.L. 321 17 december 2018, p. 36.
[4] Overeenkomstig artikel 127, § 1, 1°, van de Grondwet en artikel 4, 6°, BWHI zijn de Gemeenschappen bevoegd voor: “de inhoudelijke en technische aspecten van de audiovisuele en de auditieve mediadiensten met uitzondering van het uitzenden van mededelingen van de federale regering;”
[5] De omzetting van het nieuwe artikel 13 van de AVMD Richtlijn gebeurde reeds in 2018. Bij decreet van 29 juni 2018 werd, met ingang van 1 januari 2019, de afdeling uit het Mediadecreet: ‘De bevordering van Europese producties’, en met name artikel 157 met betrekking tot niet-lineaire televisieomroeporganisaties, in dit verband aangepast.
[6] Het nieuwe artikel 23, eerste lid, van de AVMD Richtlijn werd op 8 mei 2020 omgezet. Daarin werden de limieten voor het aandeel televisiereclame- en telewinkelspots (de kwantitatieve reclameregels) versoepeld. Deze bepaling voorziet in meer flexibiliteit bij het inplannen en spreiden van reclame tijdens de loop van de dag.
[7] Decreet van 19 maart 2021 tot wijziging van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie, wat betreft de gedeeltelijke omzetting van richtlijn (EU) 2018/1808 van het Europees Parlement en de Raad van 14 november 2018 tot wijziging van Richtlijn 2010/13/EU betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn audiovisuele mediadiensten) in het licht van een veranderende marktsituatie, BS 29 april 2021.
[8] Zie https://www.vlaamseregulatormedia.be/nl/content-creator-protocol.
[9] Decreet van 2 juli 2021 tot wijziging van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie, wat betreft de gedeeltelijke omzetting van richtlijn (EU) 2018/1972 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot vaststelling van het Europees wetboek voor elektronische communicatie, BS 14 augustus 2021.

In 2021 werd in Vlaanderen ook gestart met de omzetting van de Europese Toegankelijkheidsrichtlijn [10] in het Mediadecreet.

Terwijl de AVMD Richtlijn de toegankelijkheid van de audiovisuele mediadiensten zelf regelt (door middel van onder meer gebarentaal, ondertiteling, gesproken ondertiteling en audiobeschrijving), regelt de Toegankelijkheidsrichtlijn de toegankelijkheid (onder meer) van diensten die toegang verschaffen tot audiovisuele mediadiensten (bv. websites, online toepassingen, elektronische applicaties op set-top boxen, elektronische programmagidsen, mobiele applicaties en geconnecteerde televisiediensten). Gelet op de bevoegdheid van de Vlaamse Gemeenschap voor audiovisuele en auditieve mediadiensten moet de Toegankelijkheidsrichtlijn ook worden omgezet in Vlaamse regelgeving, uiterlijk op 28 juni 2022.

Op 16 juli 2021 gaf de Vlaamse Regering haar eerste principiële goedkeuring aan het voorontwerp tot omzetting van de Toegankelijkheidsrichtlijn. De betreffende eindapparatuur en diensten die vanaf 28 juni 2025 in de handel worden gebracht zullen moeten voldoen aan nieuwe toegankelijkheidsvoorschriften en aanbieders zullen informatie moeten verstrekken aan het publiek, hoewel ook wordt voorzien in uitzonderingen op deze toegankelijkheidsverplichtingen. De VRM zal bij overtredingen op de nieuwe regels ‘doeltreffende herstelmaatregelen’ kunnen nemen. Los van de omzetting van de Toegankelijkheidsrichtlijn werden in hetzelfde ontwerpdecreet ook een bepaling over productplaatsing opgenomen (‘goederen en diensten gratis ter beschikking stellen’ zal alleen als productplaatsing worden gekwalificeerd als het gaat om goederen of diensten van grote waarde) evenals een aantal bepalingen betreffende radio-omroeporganisaties.

Op 13 september 2021 heeft de Sectorraad Media van de Strategische Adviesraad voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media (SAR CJSM) advies uitgebracht over het voorontwerp van wijzigingsdecreet.[11] Op 26 november 2021 werd het voorontwerp van wijzigingsdecreet door de Vlaamse Regering voorgelegd voor advies aan de Raad van State. De Raad van State verleende zijn advies op 31 december 2021 [12]. Op 18 maart 2022 werd door de Vlaamse Regering beslist om het ontwerp van wijzigingsdecreet in te dienen bij het Vlaams Parlement.

In ieder geval zullen na de omzetting van de Toegankelijkheidsrichtlijn in het Mediadecreet ook in dit geval nog uitvoeringsbesluiten moeten worden aangenomen door de Vlaamse Regering.

[10] Richtlijn (EU) 2019/882 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 betreffende de toegankelijkheidsvoorschriften voor producten en diensten, Pb.L. 150 7 juni 2019, p. 70.
[11] Advies van 13 september 2021 van de Sectorraad Media bij het voorontwerp van decreet tot wijziging van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie, wat betreft de gedeeltelijke omzetting van richtlijn (EU) 2019/882 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 betreffende de toegankelijkheidsvoorschriften voor producten en diensten, https://www.vlaanderen.be/sarc/sites/sarc/files/2021-09/20210913_sarc_advies_toegankelijkheidsrichtlijn.pdf
[12] Advies van 31 december 2021 over een voorontwerp van decreet van de Vlaamse Gemeenschap 'tot wijziging van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie, wat betreft de gedeeltelijke omzetting van richtlijn (EU) 2019/882 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 betreffende de toegankelijkheidsvoorschriften voor producten en diensten en tot wijziging van het decreet van 12 februari 2021 houdende wijziging van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie met betrekking tot de landelijke en regionale radio-omroeporganisaties en de technische eindapparatuur voor FM-radio-ontvangst van radio-omroeporganisaties', Raad van State, afdeling wetgeving, nr.70.615/3.

In 2021 werden ook verschillende Europese (regelgevende) initiatieven met betrekking tot de mediasector nieuw aangekondigd of verder behandeld. Deze initiatieven zullen in de nabije toekomst ook zeker gevolgen hebben voor de media(regelgeving) in de Vlaamse Gemeenschap en, in meer of mindere mate, ook voor de werking van de VRM.

Al op 3 december 2020 heeft de Europese Commissie een Actieplan voor de Europese Democratie [13] voorgesteld dat steunt op drie pijlers:‘vrije en eerlijke verkiezingen bevorderen’, ‘vrijheid en pluriformiteit van de media’ en ‘bestrijding van desinformatie’ en ook een Media en Audiovisueel Actieplan (‘Media and Audiovisual Action Plan’ of MAAP)[14], met name om het herstel en de transformatie van de media- en audiovisuele sector in de EU te ondersteunen, aangezien deze sectoren hard werden geraakt door de coronacrisis.

In de loop van 2021 heeft de Europese Commissie, meer bepaald in het kader van het Actieplan voor de Europese Democratie, onder meer voorstellen gedaan betreffende transparantie en gerichte politieke reclame [15], over de veiligheid van journalisten (met name om het misbruik van rechtszaken ter ontmoediging van burgerparticipatie (SLAPP-rechtszaken) tegen te gaan), voor een nieuwe ‘monitor voor media-eigendom’ en betreffende desinformatie. Ook de ‘European Media Freedom Act’ (EMFA), waaraan de Europese Commissie werkt, kadert daarin. De EMFA heeft als doelstelling om zowel vrije marktwerking, pluralisme als onafhankelijkheid voor mediadiensten te blijven verzekeren. Op 10 januari 2022 werd over het EMFA-voorstel een publieke raadpleging gestart.[16]

Een zeer belangrijk regelgevend initiatief van de Europese Commissie is het ‘pakket digitale diensten’. Op 15 december 2020 werden meer bepaald voorstellen gedaan voor een ‘Wet inzake Digitale Diensten’[17] en een ‘Wet inzake Digitale Markten’[18] met een uitgebreide reeks nieuwe regels voor alle digitale diensten, waaronder ook sociale media, onlinemarktplaatsen en andere onlineplatforms die in de EU actief zijn.

Het voorstel voor een ‘Wet inzake Digitale Diensten’ (ook ‘Digital Services Act’ of DSA) bevat onder meer algemene regels voor het verwijderen van illegale inhoud online en uitgebreide transparantiemaatregelen (zoals met betrekking tot onlinereclame en de algoritmen die worden gebruikt om inhoud aan te bevelen aan gebruikers). Met name zeer grote platforms, die meer dan 10 % van de EU-bevolking bereiken (45 miljoen gebruikers) zouden een heel pakket verplichtingen opgelegd krijgen.

Het voorstel voor een ‘Wet inzake Digitale Markten’ (ook ‘Digital Markets Act’ of DMA) bevat voornamelijk regels om de negatieve gevolgen van bepaalde gedragingen van zogenaamde ‘poortwachter’-platformen aan te pakken.

Het Europees Parlement en de Raad (Lidstaten) zullen de DSA- en DMA-voorstellen bespreken in het kader van de gewone wetgevingsprocedure. Verwacht wordt dat in de loop van 2022 de definitieve teksten zullen worden aangenomen, die (als Europese Verordeningen) rechtstreeks toepasselijk zullen zijn in de hele EU zonder dat omzetting vereist is in de Lidstaten.

[13] Zie https://ec.europa.eu/info/strategy/priorities-2019-2024/new-push-european-democracy/european-democracy-action-plan_nl.
[14] Zie https://digital-strategy.ec.europa.eu/en/policies/media-and-audiovisual-action-plan.
[15] Zie https://ec.europa.eu/info/law/better-regulation/have-your-say/initiatives/12826-Politieke-reclame-verhoging-van-de-transparantie_nl.
[16] Zie https://ec.europa.eu/info/law/better-regulation/have-your-say/initiatives/13206-Safeguarding-media-freedom-in-the-EU-new-rules_en.
[17] Zie https://ec.europa.eu/info/strategy/priorities-2019-2024/europe-fit-digital-age/digital-services-act-ensuring-safe-and-accountable-online-environment_nl.
[18] Zie https://ec.europa.eu/info/strategy/priorities-2019-2024/europe-fit-digital-age/digital-markets-act-ensuring-fair-and-open-digital-markets_nl.

2.2.2. Vlaamse regelgeving

In 2021 werd het Mediadecreet ook, (grotendeels) los van de omzetting van de hogervermelde nieuwe Europese regelgeving, gewijzigd bij decreet van 12 februari 2021 met betrekking tot de landelijke en regionale radio-omroeporganisaties en de technische eindapparatuur voor FM-radio-ontvangst van radio-omroeporganisaties.[19]

Dit wijzigingsdecreet (i) zorgde voor een verlenging met één jaar van de erkenningen van de bestaande landelijke radio-omroeporganisaties (die normaalgezien vervielen op 31 december 2021) (ii) schaft de regionale radio-omroeporganisaties af vanaf 1 januari 2023, (iii) voorziet een nieuwe erkenningstermijn van 5 jaar, verlengbaar met een eenmalige periode van maximaal 3 jaar vanaf 1 januari 2023 en (iv) verplicht conform het EWEC het inbouwen van een DAB+-ontvanger, onmiddellijk voor radio’s in nieuwe wagens en vanaf 1 januari 2023 in alle apparatuur die voor ontvangst van FM-radiosignalen van een radio-omroeporganisatie is bestemd en in Vlaanderen wordt verkocht.[20]

Naar aanleiding van dit wijzigingsdecreet heeft de Vlaamse Regering ook twee besluiten met betrekking tot radio-omroeporganisaties gewijzigd op 2 juli 2021. Een eerste besluit betreft het aangepaste kader voor de erkenning van de landelijke radio-omroeporganisaties [21] en een tweede besluit betreft het definiëren van de frequentiepakketten van de landelijke radio-omroeporganisaties vanaf 1 januari 2023, het moment waarop de nieuwe erkenningen ingaan.[22]

Na goedkeuring en publicatie van deze wijzigingsbesluiten werd de erkenningsprocedure voor landelijke radio-omroeporganisaties opgestart met de publicatie in het Belgisch Staatsblad van een oproep tot kandidaatstelling op 16 augustus 2021. Van vier kandidaat-landelijke radio-omroeporganisaties werd het dossier ontvankelijk bevonden: Spring - STUDIO 100 NV, Nostalgie - VLAANDEREN EEN NV, Qmusic - DPG Media NV en Joe - DPG Media NV. Op 9 februari 2022 werd bekendgemaakt dat, na beoordeling van deze ontvankelijke dossiers, de drie erkenningen voor landelijke radio-omroeporganisaties door de Vlaamse minister van Media werden uitgereikt aan Nostalgie - VLAANDEREN EEN NV, QMusic - DPG Media NV en Joe - DPG Media NV.

[19] Decreet van 12 februari 2021 houdende wijziging van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie met betrekking tot de landelijke en regionale radio-omroeporganisaties en de technische eindapparatuur voor FM-radio-ontvangst van radio-omroeporganisaties, BS 4 maart 2021.
[20] Wat de groei van digitale radio en DAB+ betreft kan ook worden verwezen naar het tweejaarlijkse monitoringrapport in opdracht van de Vlaamse Overheid dat overeenkomstig artikel 133, § 1, van het Mediadecreet wordt uitgevoerd en het sectorgedragen overleg via de “(Stuurgroep) Digital Radio Vlaanderen”. Het laatste rapport werd midden november 2021 bekendgemaakt. Zie https://www.dabplus.be/wp-content/uploads/sites/5/2021/11/Ipsos_DigitaliseringRadio_Rapport_2021_V4.pdf.
[21] Besluit van 2 juli 2021 van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse besluiten over radio-omroep, BS 4 augustus 2021.
[22] Besluit van 2 juli 2021 van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 maart 2019 houdende bepaling van het aantal particuliere landelijke, regionale, netwerk- en lokale radio-omroeporganisaties dat kan worden erkend en houdende de opstelling van het frequentieplan en de vaststelling van de frequentiepakketten die ter beschikking worden gesteld van de particuliere landelijke, regionale, netwerk- en lokale radio-omroeporganisaties, BS 4 augustus 2021.

In 2021 werd, wat de publieke omroeporganisatie VRT betreft, niet alleen de nieuwe beheersovereenkomst 2021-2025 van kracht, maar werd ook een initiatief tot wijziging van het Mediadecreet gestart aangaande deugdelijk bestuur (‘good governance’) bij VRT.

Het opzet is een meer doorgedreven toepassing van de principes van deugdelijk bestuur bij VRT realiseren. Ook de aanwijzing van onafhankelijke bestuursleden kadert in deze principes en de grotere betrokkenheid van de raad van bestuur bij de benoeming en het ontslag van de gedelegeerd bestuurder moet op haar beurt leiden tot een positieve wisselwerking en een optimale interactie tussen de raad van bestuur en de gedelegeerd bestuurder.

Op 16 juli 2021 keurde de Vlaamse Regering een eerste voorontwerp goed. Hierover werd het advies ingewonnen en verkregen op 31 augustus 2021 van de Sectorraad Media van de SAR CJSM [23], op 7 september 2021 van de Vlaamse Toezichtcommissie [24] en op 28 oktober 2021 van de Raad van State [25]. Op 26 november 2021 werd door de Vlaamse Regering beslist om het ontwerp van wijzigingsdecreet in te dienen bij het Vlaams Parlement, waar het op 13 januari 2022 werd aangenomen in de Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media.[26] Het decreet werd ten slotte op 4 februari 2022 bekrachtigd en afgekondigd en op 21 februari 2022 bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. Het trad in werking op 3 maart 2022.

Bovendien heeft de Vlaamse Regering op 17 december 2021 nog beslist om Frieda Brepoels voor te dragen als nieuwe voorzitter van de raad van bestuur van VRT om Luc Van den Brande, die sinds 2010 voorzitter is, op te volgen.[27]

[23] Advies van 31 augustus 2021 van de Sectorraad Media bij het voorontwerp van decreet tot wijziging van de artikelen 10,12,13 en 14 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie, https://www.vlaanderen.be/sarc/sites/sarc/files/2021-09/20210831_advies_governancevrt.pdf
[24] Advies wetgeving Vlaamse Toezichtcommissie nr. 2021/76 van 7 september 2021 over het ontwerp van decreet van de Vlaamse Regering ontwerp van decreet tot wijziging van artikel 10, 12, 13 en 14 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie, https://overheid.vlaanderen.be/sites/default/files/media/VTC/VTC_A_W_2021_76_advies.pdf?timestamp=1632744834
[25] Advies van 28 oktober 2021 over een voorontwerp van decreet van de Vlaamse Gemeenschap ‘tot wijziging van artikel 10, 12, 13 en 14 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie’, Raad van State, afdeling wetgeving, nr. 70.207/03, http://www.raadvst-consetat.be/dbx/adviezen/70207.pdf#search=70.207%2F3.
[26] Ontwerp van decreet tot wijziging van artikel 10, 12, 13 en 14 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie, Parl.St. Vl.Parl. 2021-2022, nr. 1050/1, https://www.vlaamsparlement.be/nl/parlementaire-documenten/parlementaire-initiatieven/1581579.
[27] Zie https://www.vrt.be/nl/over-de-vrt/nieuws/2021/12/17/frieda-brepoels-voorgedragen-als-voorzitter-van-de-vrt/.

In 2021 werden ook verder maatregelen genomen om de Vlaamse mediasector te ondersteunen in de COVID-19 pandemie. Eind 2020 al lanceerde de Vlaamse Regering meer algemeen het relanceplan: ‘Vlaamse Veerkracht’, een investeringsplan dat 4,3 miljard euro omvat en rust op 7 pijlers.[28] Binnen de pijler ‘digitale transformatie’ gaat er specifieke aandacht naar de Vlaamse mediasector.

Op 5 februari 2021 werd zo eerst een Garantiefonds gelanceerd voor Vlaamse onafhankelijke audiovisuele producties, om bepaalde risico’s specifiek verbonden aan de COVID-19-pandemie af te dekken en op 2 april 2021 heeft de Vlaamse Regering ook drie addenda goedgekeurd bij de beheersovereenkomsten 2018-2021 met het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF) met betrekking tot het Filmfonds, het Gamefonds en het Mediafonds, met het oog op bijkomende investeringen voor de heropstart van de audiovisuele sector. Op 17 december 2021 heeft de Vlaamse Regering dan ook nieuwe beheersovereenkomsten met het VAF voor 2022-2025 goedgekeurd die onder meer een eenmalige impulspremie bevatten in het kader van het relanceplan Vlaamse Veerkracht.[29]

De Vlaamse Regering hechtte op 2 april 2021 ook haar goedkeuring aan een digitaal transformatieprogramma voor de Vlaamse mediasector, met als doel om de technologische weerbaarheid en de economische leefbaarheid van het Vlaamse media-ecosysteem te versterken.[30] Voor het digitaal transformatieprogramma werd in een totaalbudget van 35 miljoen euro voorzien over zes projectlijnen: cross-mediaal en multiplatform meetsysteem, media hub, desinformatie, digitale transformatie regionale omroeporganisaties, projectoproep digitale transformatie en instrumentarium/projectoproep media-innovatie.
De verschillende projectlijnen zullen nog verder worden uitgewerkt. Op 17 december 2021 keurde de Vlaamse Regering alvast de reglementen goed voor de 'Projectoproep desinformatie' en de 'Projectoproep digitale transformatie'. Deze projecten moeten plaatsvinden tussen respectievelijk 1 oktober 2022 en 30 juni 2024 en 1 juli 2022 en 30 juni 2024.

Eveneens op 2 april 2021, keurde de Vlaamse Regering, in het kader van het project ‘Investeren in mediawijsheid van de Vlaming’ en het relanceplan Vlaamse Veerkracht, twee projecten goed om te ontwikkelen en uit te voeren door het Vlaams Kenniscentrum Mediawijsheid: een flankerend traject bij ‘Nieuws in de Klas’ en het digitaal inclusiebeleidsplan ‘Iedereen Digitaal’, gericht op kwetsbare jongeren, mensen met een beperking en senioren. Hiervoor werd 1 miljoen euro voorzien. Op 15 januari 2021 werd ook al een addendum goedgekeurd bij de subsidieovereenkomst 2018-2020 (die werd verlengd met één jaar tot eind 2021) tussen de Vlaamse Gemeenschap en imec vzw met betrekking tot Mediawijs, het Vlaams Kenniscentrum Mediawijsheid, dat 150.000 euro extra subsidie ontvangt. Het Vlaamse mediawijsheidsbeleid werd ook doorgelicht via een externe opdracht uitgevoerd door het Instituut voor Mediastudies (KU Leuven).[31]

Op 12 november 2021 heeft de Vlaamse Regering een subsidie toegekend van 2 miljoen euro aan Niet-Openbare Regionale Televisieverenigingen Vlaanderen (NORTV) vzw, voor de realisatie van het project 'De Vlaamse regionale zenders, hefboom van de Vlaamse Veerkracht'. Deze subsidie zorgt voor de uitvoering van het digitaal transformatieplan voor de regionale televisieomroeporganisaties, om een digitale inhaalbeweging te maken op het vlak van onder andere contentproductie, opslag en distributie.

Acht besluiten ten slotte die de Vlaamse Regering had genomen in uitvoering van het decreet van 19 juni 2020 tot het nemen van dringende maatregelen met betrekking tot de noodfondsen en armoedebestrijding naar aanleiding van de COVID-19-pandemie dienden nog te worden bekrachtigd bij decreet. Deze bekrachtiging gebeurde bij decreet van 25 juni 2021.[32] Het gaat onder meer om de bekrachtiging van de besluiten van 10 juli 2020 betreffende de toekenning van steun aan regionale televisieomroeporganisaties en aan de lokale radio-omroeporganisaties en de netwerkradio-omroeporganisaties.

[28] Zie https://www.vlaanderen.be/publicaties/relanceplan-vlaamse-regering-vlaamse-veerkracht.
[29] Zie in dat verband ook het voorstel van decreet van 11 januari 2022 tot wijziging van het decreet van 13 april 1999 houdende machtiging van de Vlaamse regering om toe te treden tot en om mee te werken aan de oprichting van de vereniging zonder winstgevend doel Vlaams Audiovisueel Fonds, wat de opdracht van het Vlaams Audiovisueel Fonds betreft, Parl.St. Vl.Parl. 2021-2022, nr. 1090/1., https://www.vlaamsparlement.be/nl/parlementaire-documenten/parlementaire-initiatieven/1590303. Hiermee zouden onder meer ook de makers van ‘audiocreaties’, zoals podcasts, ondersteuning kunnen aanvragen bij het VAF.
[30] Zie https://www.vlaanderen.be/cjm/nl/nieuws/35-miljoen-voor-relanceplan-mediasector.
[31] Algemene rapport ‘Naar een mediawijs Vlaanderen – Doorlichting van het Vlaams mediawijsheidsbeleid’, april 2021, IMS (KU Leuven), https://www.vlaanderen.be/cjm/sites/default/files/2021-05/Hoofdrapport%20Naar%20een%20Mediawijs%20Vlaanderen_FINAL_April2021.pdf,
Deelrapport ‘Advies over implementatie Kijkwijzersysteem bij (niet-)lineaire TV-diensten’, april 2021, IMS (KU Leuven), https://www.vlaanderen.be/cjm/sites/default/files/2021-05/Deelrapport%20advies%20Kijkwijzer_FINAL_April2021.pdf, en
Deelrapport ‘Advies over Nieuws in de Klas’, april 2021, IMS (KU Leuven), https://www.vlaanderen.be/cjm/sites/default/files/2021-05/Deelrapport%20advies%20Nieuws%20in%20de%20Klas_FINAL_April2021.pdf.
[32] Decreet van 25 juni 2021 tot bekrachtiging van de besluiten van de Vlaamse Regering inzake de noodfondsen cultuur, jeugd, sport en media naar aanleiding van de COVID-19-pandemie, BS 5 juli 2021.

Verder liep midden juli 2021 de erkenningsperiode van de regionale televisieomroeporganisatie vzw Regionale Televisie Vlaams-Brabant - Halle-Vilvoorde (RTVB vzw), beter gekend als RINGtv, af. De Vlaamse Regering heeft op 18 juni 2021 de erkenning van RINGtv verlengd voor de periode 15 juli 2021 tot en met 14 juli 2030.

Voor ‘Het Beste van Vlaanderen en Nederland’ (BVN) besliste de Vlaamse Regering op 2 april 2021 om een uitdoofscenario toe te passen. BVN zond voor Vlamingen en Nederlanders in het buitenland via satelliet, streaming en andere distributiekanalen een selectie uit het aanbod van de Nederlandse en de Vlaamse publieke omroepen wereldwijd uit, met bijzondere aandacht voor nieuws en achtergrondinformatie. De overeenkomst (2017-2020) werd wel nog verlengd, maar slechts tot 30 juni 2021.

Wat meer specifiek de werking van de VRM zelf betreft, heeft de Vlaamse Regering op 18 juni 2021 de bestaande leden van de kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen bij de VRM herbenoemd.