Archief Thesisprijs 2013

Bram Roosens (Universiteit Antwerpen) wint derde Thesisprijs Vlaamse Regulator voor de Media met eindwerk over nieuwe reclamestrategieën voor digitale televisie.

De Vlaamse Regulator voor de Media reikte op 11 december 2013 voor de derde maal zijn thesisprijs uit. Eindlaureaat is Bram Roosens (Universiteit Antwerpen) met zijn masterproef over nieuwe reclamestrategieën voor digitale televisie, een onderzoek naar het effect van humoristische filmpjes en bumperfilmpjes op het doorspoelgedrag van Vlaamse televisiekijkers.

Glenn Van Stappen (VUB - 'Commerciële televisie in een digitaal tijdperk') en Raf Schoefs (KU Leuven - 'Connected TV: Jurisdictional challenges in a converged media environment')
 eindigen respectievelijk als tweede en derde.

Bram Roosens: "Het toevoegen van bumperfilmpjes, en in mindere mate humoristische filmpjes, zorgt voor significante toename totale tijd aan bekeken reclame. Ze hebben echter geen invloed op merkherinnering, -herkenning of de attitude t.o.v. het reclameblok of het programma."

De afgelopen jaren kende digitale televisie in Vlaanderen een steile opgang. Door deze sterke opmars en de mogelijkheden die deze technologie biedt met betrekking tot het doorspoelen van reclame, is 'ad avoidance' een belangrijk item geworden binnen de Vlaamse mediasector.

Televisiezenders gingen op zoek naar alternatieve reclamestrategieën om de performantie van reclamespots zo hoog mogelijk te houden, dit zonder de kijker al te veel tegen het hoofd te storen. In zijn masterproef onderzoekt Bram Roosens de effecten van twee reclamestrategieën, enerzijds het toevoegen van humoristische filmpjes ('het opleuken van reclameblokken') en anderzijds het toevoegen van bumperfilmpjes in een reclameblok.

Uit zijn onderzoek besluit Bram Roosens:"Het toevoegen van bumperfilmpjes, en in mindere mate humoristische filmpjes, zorgt voor een significante toename van de totale tijd aan bekeken reclame. Ze hebben echter geen invloed op merkherinnering, -herkenning of attitude t.o.v. het reclameblok of het programma."

Noot VRM: eind december 2012 publiceerde VRM een beslissing rond het opleuken van reclameblokken op VIER - opgeleukte reclameblokken op VIER in strijd met het Mediadecreet).

Glenn Van Stappen: Onderzoek naar de gevolgen van digitalisering en convergentie op het business model van de Vlaamse commerciële televisiesector. 

Voor zijn masterproef onderzocht Glenn Van Stappen de gevolgen van digitalisering en convergentie op het business model van de Vlaamse commerciële televisiesector. Twee probleemsituaties werden daarbij gesitueerd, enerzijds het spanningsveld tussen de distributeurs en commerciële omroepen, anderzijds het advertentiemodel van de commerciële omroepen.

Uit de gesprekken die Glenn Van Stappen voerde met spelers uit de Vlaamse mediasector blijkt een spanningsveld te zijn ontstaan tussen de distributeurs en de omroepbedrijven.

"Telecommunicatiebedrijven hebben dankzij digitale televisie een rechtstreekse band met de consument. Daarnaast blijken de distributeurs in Vlaanderen zich ook sterker te interesseren in audiovisuele content waardoor er voorbeelden van verticale integratie ontstaan zijn. Eigen zenders en betaaltelevisie via de distributeurs zijn volgens de commerciële omroepbedrijven bedreigingen voor hen. Deze veranderende en machtige rol van de distributeur zorgt ervoor dat er in Vlaanderen een lak aan vertrouwen is, waardoor de onderhandelingen tussen deze partijen stroef lopen. Toch nuanceren de distributeurs deze spanningsvelden eerder en focussen ze zich op een voor hen grotere problematiek: de komst van nieuwe spelers op markt", zo besluit Glenn Van Stappen.

Uit de masterproef komt ook naar boven dat experts uit de mediasector geloven dat nieuwe (buitenlandse) spelers de Vlaamse markt zullen betreden. Ze blijven er echter wel van overtuigd dat de bestaande spelers voldoende troeven hebben om de consument blijvend aan zich te binden. De kracht van de huidige actoren ligt dan voornamelijk bij hetaanbieden van lokale, Vlaamse content.

Raf Schoefs: "Connected TV zet de Europese mediawegeving onder druk" 

Voor zijn masterproef onderzocht Raf Schoefs welke impact Connected TV (de geleidelijke samensmeling van traditionele omroepdiensten en het internet) heeft op het aanwijzen van de lidstaat bevoegd voor het reguleren van een mediadienst onder de Richtlijn Audiovisuele Mediadiensten (AVMD-richtlijn).

In zijn masterproef besluit Raf Schoefs: "Het lijdt geen twijfel dat Connected TV enkele bouwstenen van de AVMD-richtlijn onder druk zet en interessante uitdagingen met zich meebrengt. Het concept redactionele verantwoordelijkheid is niet aangepast aan het huidige medialandschap en slaagt er niet in om alle spelers actief in de waardeketen te onderwerpen aan de AVMD-richtlijn. Als oplossing van dat probleem lijkt de introductie van een nieuwe categorie 'gatekeeper' aangewezen.

Ook het oorsprongslandbeginsel dient gemoderniseerd te worden en een oplossing te bieden voor niet-Europese spelers die hun mediadiensten over het internet aanbieden en op het Europese publiek richten. Een registratieplicht of een aanwijzing van een lokale vertegenwoordiger lijken daarvoor de gewezen oplossing."


Onderstaand kan u alle deelnemende eindwerken aan de Thesisprijs ontdekken !

Alexandra Lens (Erasmushogeschool): Beeldvorming omtrent mensen van buitenlandse origine in De Standaard en De Morgen: vergelijking 1992-2012

20 september 2012: "Waarom wij, De Morgen, 'allochtoon' niet meer gebruiken.", kopt de krant De Morgen. De discussie rond de keuze van De Morgen was hevig, heel wat journalisten en opiniemakers hadden een mening over hoe 'allochtonen' in de kranten moeten komen.

Met haar verhandeling wil Alexandra Lens een antwoord geven op volgende vraag:

"Welk beeld vormen de Vlaamse kwaliteitskranten in 1992 en 2012 van mensen die geïmmigreerd zijn of die buitenlandse roods hebben?"

Lees de volledige masterproef (pdf)

Niels Rogge (Universiteit Gent): Who is Blindfolded? An analysis regarding the consistency of the decision making practice of the European Commission concerning media mergers since regulation 139/2004

Met de introductie van richtlijn 1/2003 betreffende de uitvoering van de mededingingsregels van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag en richtlijn 139/2004 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen, wijzigde de Europese Commissie de handhaving en controle op de toepassing van artikel 101 VWEU (art. 81 EG) en 102 VWEU (art. 82 EG). Conform artikel 4 van richtlijn 139/2004 dienen geplande concentraties zich vooraf aan te melden bij de Europese Commissie. In zijn masterproef onderzoekt Niels Rogge de consistentie van de beslissingspraktijk die de Europese Commissie hanteert bij de goedkeuring van een concentratie aangaande mediabedrijven.

Lees de volledige masterproef (pdf)

Sarah Thijs (Erasmushogeschool): Selectiecriteria bij regionaal en hyperlokaal nieuws. Een casestudy van Het Nieuwsblad

Voor haar onderzoek voerde Sarah Thijs vooreerst een literatuurstudie uit naar nieuwswaarden / nieuwsselectiecriteria die journalisten gebruiken om de nieuwswaardigheid van een nieuwsbericht te beoordelen. Daarna vroeg ze zich af in welke mate deze nieuwswaarden nog steeds toepasbaar zijn anno 2013. En kunnen oude nieuwswaardetypologieën worden toegepast op lokaal nieuws ? Zijn nieuwswaarden een verklaring voor het succes van lokaal nieuws ?

Om dit alles na te gaan werd een inhoudsanalyse uitgevoerd op de lokale artikels uit Het Nieuwsblad editie Mechelen-Lier. Daarbij werden zowel de kranten als webartikels opgenomen. Daarbij werden de typische kenmerken van beiden nieuwsmedia onderzocht en werd van beide mediaplatformen een profiel opgesteld.

Lees de volledige masterproef (pdf)

Tess Elst (Erasmushogeschool): Tous ensemble? Belgische en communitaire identiteiten in de berichtgeving over de Rode Duivels

Met haar onderzoek wil Tess Elst achterhalen hoe de Belgische en communautaire subnationale identiteiten gerepresenteerd worden in de verslaggeving over de Rode Duivels. Hiertoe werd een kwalitatieve inhoudsanalyse uitgevoerd op de artikels over de EK-campagne 2010-2011 in Het Nieuwsblad en Le Soir.

"De subnationale communautaire identiteiten zijn niet of nauwelijks aanwezig in de verslaggeving. De politieke conflicten uit het dagelijkse leven, worden niet gerepresenteerd in de berichtgeving. De Belgische nationale identiteit wordt voorgesteld als eendrachtig en als de enige die er in de context van het nationale voetbalteam toe doet. De Rode Duivels helpen op die manier om de natiestaat België te verbeelden als een gemeenschap en een natie", zo besluit Tess Elst uit haar onderzoek

Lees de volledige masterproef (pdf)

Hanne Vansweevelt (KU Leuven): Waarom laten ouders hun jonge kinderen televisie kijken? Een onderzoek naar televisiegebruik op jonge leeftijd gekaderd in behavioral Reasoning Theory

In haar masterproef onderzoek Hanne Vansweevelt de motieven van ouders om hun jonge kinderen (0 tot 6 jaar) televisie te laten kijken, dit gekaderd binnen de behavioral reasoning theory.

De vooropgestelde theorie stelt dat er een aantal invloedrijke factoren zijn die via een keten van factoren het gedrag, in dit geval kinderen televisie laten kijken, bepalen. Er zijn drie soorten factoren:

- Redenen die ouders kunnen hebben pro of contra het televisiekijken
- Globale motieven van de ouders
- De intentie

Voor haar onderzoek bevroeg Hanne Vansweevelt ouders (via kleuterscholen en kinderdagverblijven).

Lees de volledige masterproef (pdf)

Tinne Van Goidsenhoven (Hogeschool Universiteit Brussel): De gemeenteraadsverkiezingen in de regionale katernen. Een vergelijkend onderzoek tussen Het Nieuwsblad en Het Laatste Nieuws

Voor haar onderzoek analyseerde Tinne Van Goidsenhoven 280 regionale verkiezingsberichten, 142 uit het Laatste Nieuws en 138 uit het Nieuwsblad.

"Hoewel Het Laatste Nieuws en Het Nieuwsblad allebei bestempeld worden als populaire dagbladen publiceerden ze naar aanloop van de verkiezingen van 14 oktober 2012 een verschillende regionale berichtgeving. Het Laatste Nieuws focuste op het onderlinge duel tussen politici en partijen en publiceerde grote artikels, Het Nieuwsblad koos eerder voor luchtig verkiezingsnieuws en grote foto's", zo licht Tinne Van Goidsenhoven toe.

"Toch is de kritiek dat lezers van populaire kranten te weinig kwalitatief nieuws meekrijgen, niet terecht. Want in beide kranten primeerde de inhoud. Zowel in Het Laatste Nieuws als in Het Nieuwsblad gingen de meeste artikelen over het huidige of toekomstige bestuursbeleid, de inhoudelijke standpunten van politieke actoren of de beleidsthema's.", geeft Van Goidsenhoven mee.

Beide kranten blijken echter niet op alle vlakken te verschillen. Bij beide kranten is er sprake van de zogenaamde 'burgemeesterbonus'. Zowel Het Laatste Nieuws als Het Nieuwsblad besteden namelijk meer aandacht aan de huidige burgemeesters dan aan andere politieke actoren.


Lees de volledige masterproef (pdf)

Birte Verschraegen (Universiteit Antwerpen) : De invloed van aandeelhoudersstructuren op televisieberichtgeving in de Vlaamse Pers

De masterproef van Birte Verschraegen kadert binnen de toenemende eigendomsconcentratie binnen de Vlaamse mediasector. In het werk wordt dieper ingegaan op het concept 'crosspromotie', dit is het uitdragen van televisiezender x in dagblad y, wanneer beide tot dezelfde mediagroep behoren.

Om na te gaan in welke mate crosspromotie een frequent gebruikte techniek is binnen de Vlaamse mediamarkt, werd een inhoudsanalyse uitgevoerd op 2241 krantenartikelen uit Het Laatste Nieuws, Het Nieuwsblad, De Morgen, De Standaard, De Gazet van Antwerpen en Het Belang van Limburg.

De onderzoeksvragen uit de masterproef:

- Wordt er over televisiezenders significant meer geschreven door dagbladen die in handen zijn van dezelfde eigenaar dan door andere dagbladen?
- Wordt er over televisiezenders significant positiever geschreven door dagbladen die in handen zijn van dezelfde eigenaar dan door andere dagbladen?

Birte Verschraegen besluit dat algemeen genomen er vooral sprake is van crosspromotie wanneer zender en krant reeds langere tijd in dezelfde handen zijn. Dit uit zich vooral door het publiceren van meer en positievere artikels, geen van de gevonden verbanden bleek echter erg sterk te zijn.

Lees de volledige masterproef (pdf)

Merel Cremers (VUB): Postmoderne televisie: een registratie van het bestaande leven. Een kwalitatief onderzoek naar de beleving van geportretteerde figuren uit 'het leven zoals het is: de Marollen'

Met haar onderzoek wil Merel Cremers nagaan hoe de protagonisten de voorbereiding, de opnames en de uitzendingen van "Het leven zoals het is: De Marollen' ervaren hebben en welke impact deze op hen had. Ook de impact op de wijk werd daarbij in kaart gebracht.

"Uit de discussie blijkt dat er nood is aan een betere vorm van begeleiding van de protagonisten, zowel voor als na de opnames. Op die manier kunnen zij beter voorbereid worden op de impact die ze kunnen voelen na de uitzendingen. Er werd bijvoorbeeld weinig tot geen informatie gegeven over het omgaan met media, pers en publiek en de impact op hun leven.", zo besluit Merel Cremers

Lees de volledige masterproef (pdf)

Anne-Sofie Vanhaeght (VUB): De rol van de VRT in cultuurparticipatie bij kinderen. Case: Mijn kunst is top

Voor haar masterproef zoomt Anne-Sofie Vanhaeght in op het Ketnetprogramma 'Mijn Kunst is Top', het eerste kinderprogramma van de VRT dat specifiek tot doel had de cultuurparticipatie bij kinderen te bevorderen. Aan de hand van een kritische analyse van het programma wordt een antwoord geboden op de centrale vraagstelling: hoe kunnen we aan de hand van de casestudy Mijn Kunst is Top de rol van de VRT in het cultuurparticpatiebeleid, gericht op de doelgroep van kinderen, evalueren in een digitaal tijdperk?

Voor de masterproef werden onder andere 17 kinderen die deelnamen aan het programma ondervraagd.

Lees de volledige masterproef (pdf)

Ferre Vandervreken (Universiteit Antwerpen): Waar kijken we naar als we televisie kijken? Kijkgedrag en kijkidentificatie in het Vlaamse televisielandschap - Vlamingen zijn stabiele televisiekijkers

Voor zijn masterproef onderzocht Ferre Vandervreken (Universiteit Antwerpen) de mate waarin Vlamingen zich identificeren met een televisiezender of -programma. Uit de masterproef blijkt dat Vlamingen een zeer stabiel kijkgedrag hebben.

De studie toont aan dat mensen die eerder omwille van informatie of sociale interactie naar televisie kijken, vooral zendergericht zijn. Kijkers die eerder gericht zijn op entertainment zijn voornamelijk programmagericht. Uit de masterproef blijkt ook dat de Vlaming op bepaalde zenders afstemt om specifieke behoeften te vervullen. Zo scoren Eén en VTM goed op het vlak van entertainment, sociale interactie en informatie. Canvas scoort sterk op informatie. VIER, VIJF en 2BE zitten in de entertainmenthoek.

Uit de masterproef blijkt dat de identificatie van televisiekijkers met ofwel een zender ofwel een specifieke programma's sterk varieert naargelang de zender. Eén en Canvas blijken sterk zendergerichte kijkers aan te spreken, bij 2BE en VIER is het vooral een programmagericht publiek. Het VTM-publiek kent zowel zendertrouwe kijkers als kijkers van specifieke programma's.

Lees de volledige masterproef (pdf)