Klacht tegen de VRT kennelijk onontvankelijk

De VRM ontving een klacht tegen de VRT. De klacht heeft betrekking op het niet langer kunnen beluisteren van een geluidsfragment op de website van ‘Radio 1’, een radio-omroepprogramma van VRT. Volgens de klager heeft de VRT op 22 mei 2017 een geluidsfragment van een ‘Radio 1’-programma, bij het artikel: “Bidt de Egyptische president voor de vernietiging van de Joden?”, evenals de snelkoppeling: “Luister naar Koert Debeuf”, van de betreffende webpagina verwijderd. De klager verwijst hiervoor naar een gearchiveerde versie van deze webpagina.

De klager beschouwt dergelijke verwijdering van een commentaar op een tekst in verband met de ‘vernietiging van de Joden’ als een “manipulatie [die] absoluut niet aanvaardbaar [is] vanwege een openbare omroep.” Bovendien is het “niet de eerste keer dat VRT betrapt wordt op manipulatie wanneer het dit conflict op Joden betreft”, volgens de klager.

De klager vraagt om de VRT te veroordelen wegens “vervalsing/manipulatie van informatie” en haar te verplichten het originele geluidsbestand terug te plaatsen.

Het voorwerp van de klacht, namelijk het niet langer (uitzenden) of aanbieden van een geluidsfragment, behoort niet tot de bevoegdheid van de kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen.

Artikel 12, tweede lid, van het Procedurebesluit bepaalt dat klachten die kennelijk niet voldoen aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden onmiddellijk door de voorzitter van de bevoegde kamer in een schriftelijk en met reden omklede beslissing onontvankelijk kunnen worden verklaard.

De voorzitter van de kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen verklaart de klacht bijgevolg kennelijk onontvankelijk.

Mediadecreet

“§ 3. De kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen doet uitspraak over geschillen die gerezen zijn naar aanleiding van de toepassing van artikel 38, 39, 42, 44, 45, 72, 5°, artikel 176, 1°, en artikel 180, § 6.”

§1. De Vlaamse Regulator voor de Media heeft als missie de handhaving van de mediaregelgeving binnen de Vlaamse Gemeenschap, het beslechten van geschillen over de mediaregelgeving en het uitreiken van de media-erkenningen en -vergunningen, overeenkomstig de regelgeving. [...]

"§ 2. De kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen doet uitspraak, hetzij ambtshalve wat betreft het toezicht op artikel 42 en artikel 176, 1°, hetzij op verzoek van de Vlaamse Regering, hetzij naar aanleiding van een klacht die op straffe van onontvankelijkheid ingediend is uiterlijk de vijftiende dag na de datum van de uitzending van het programma door eenieder die blijk geeft van een benadeling of een belang".

"Om ontvankelijk te zijn, moet een bij de Regulator ingediende klacht aan de volgende voorwaarden voldoen:

1° ingediend zijn uiterlijk de vijftiende dag na de gebeurtenis die aanleiding heeft gegeven tot de klacht;

2° de naam, de hoedanigheid en het adres van de klager vermelden;

3° het belang bij het indienen van de klacht aangeven, behalve als het gaat om een klacht met betrekking tot de bepalingen over commerciële communicatie of boodschappen van algemeen nut;

4° het onderwerp van de klacht aangeven, met een uiteenzetting van de redenen waarop ze steunt en met vermelding van de persoon tegen wie de klacht is gericht. Als de klacht betrekking heeft op een radio- of televisieprogramma, moet de uitzending waartegen wordt opgekomen worden aangewezen met vermelding van de dag en het uur waarop de uitzending heeft plaatsgehad;

5° ondertekend zijn door de klager. Als de klacht uitgaat van een rechtspersoon, wordt ze ondertekend door een persoon die volgens de wet of de statuten bevoegd is om de rechtspersoon te vertegenwoordigen.

[...]"

"Om ontvankelijk te zijn, moet een bij de Regulator ingediende klacht aan de volgende voorwaarden voldoen:

1° ingediend zijn uiterlijk de vijftiende dag na de gebeurtenis die aanleiding heeft gegeven tot de klacht;

2° de naam, de hoedanigheid en het adres van de klager vermelden;

3° het belang bij het indienen van de klacht aangeven, behalve als het gaat om een klacht met betrekking tot de bepalingen over commerciële communicatie of boodschappen van algemeen nut;

4° het onderwerp van de klacht aangeven, met een uiteenzetting van de redenen waarop ze steunt en met vermelding van de persoon tegen wie de klacht is gericht. Als de klacht betrekking heeft op een radio- of televisieprogramma, moet de uitzending waartegen wordt opgekomen worden aangewezen met vermelding van de dag en het uur waarop de uitzending heeft plaatsgehad;

5° ondertekend zijn door de klager. Als de klacht uitgaat van een rechtspersoon, wordt ze ondertekend door een persoon die volgens de wet of de statuten bevoegd is om de rechtspersoon te vertegenwoordigen.

Klachten die kennelijk niet voldoen aan deze bepalingen kunnen onmiddelijk door de voorzitter van de bevoegde kamer in een schriftelijke en met redenen omklede beslissing onontvankelijk verklaard worden." 

Partij 1:
R.R.
Partij 2:
NV Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie
Kamer:
Kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen
Datum publicatie: 22 juni 2017
Beslissingsnummer:
2017-027
Type procedure:
Klacht