4.1. Beslissing 2014/009: Peter Mertens tegen VRT - Beslissing 2014/010: Jonas Degrave tegen VRT ('Stemtest 2014) - Beslissing 2014/025: Partij van de Arbeid tegen VRT - 2014/026: Piratenparij tegen VRT ('Stemtest 2014' op www.deredactie.be)

Op respectievelijk 12 maart 2014 en 13 maart 2014 dienen Peter Mertens, in de hoedanigheid van voorzitter van de Partij van de Arbeid (PVDA+), en Jonas Degrave, in de hoedanigheid van bestuurslid van de Piratenpartij, een eerste keer klacht in bij de VRM tegen VRT.

De klagers voeren aan dat hun partijen worden uitgesloten van deelname aan het mediaproject ‘Stemtest 2014’, dat door VRT mede is georganiseerd. Volgens de klagers wordt hiermee artikel 39 van het Mediadecreet en de plicht tot niet-discriminatie en politieke onpartijdigheid van VRT geschonden.

Beide klachten worden bij beslissingen van de voorzitter van de kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen kennelijk onontvankelijk verklaard omdat de klachten geen uitgezonden programma als voorwerp hebben, zoals voorgeschreven bij artikel 12, tweede lid, van het Procedurebesluit van de VRM.

PVDA+ en Piratenpartij dienen op respectievelijk 24 april 2014 en 28 april 2014 opnieuw klacht in tegen VRT wegens hun uitsluiting van deelname aan de online stemtest ‘Stemtest 2014’, nadat die op 22 april 2014 op onder meer de nieuwswebsite van VRT werd gelanceerd. De klagers beroepen zich andermaal op artikel 39 van het Mediadecreet.

De Kamer verduidelijkt dat artikel 39 van het Mediadecreet van toepassing is op omroepdiensten. Volgens de Kamer kan de interactieve online internetapplicatie ‘Stemtest 2014’ niet worden beschouwd als een programma in de zin van het Mediadecreet. Het aanbieden van ‘Stemtest 2014’ wordt dus ook niet als een omroepdienst beschouwd.

De Kamer beslist dat beide klachten niet ontvankelijk zijn.