4.4. Beslissing 2014/052: VZW Rooms-katholiek Lekenforum tegen VRT ('Journaal' - Eén)

De VRM ontving op 10 november 2014 een klacht van VZW Rooms-katholiek Lekenforum n.a.v. het VRT-journaal van 30 oktober 2014, uitgezonden om 19u op Eén.

Volgens de klager wordt daarin al te uitvoerig belang gehecht aan de benoeming van een nieuwe pastoor in Middelkerke, dit na verloop van zijn straftijd wegens het betasten van een minderjarige jongen.

De klager beschouwt de aanpak van de nieuwsdienst als deontologisch onverantwoord en stelt tevens een vermoeden van partijdigheid en van een uitgesproken antikatholieke instelling vast. Meer bepaald de passage waarin wordt verwezen naar voormalig bisschop R. Vangheluwe wordt als discriminerend en denigrerend ten aanzien van de Rooms-katholieke Kerk en haar leden ervaren.

De Kamer wijst erop dat VRT autonoom haar programma-aanbod en uitzendschema vaststelt en beschikt over de journalistieke vrijheid en onafhankelijkheid om zelf journalistieke keuzes te maken met betrekking tot de programma’s die ze uitzendt. Deze vrijheid is weliswaar niet onbegrensd. Artikel 39 van het Mediadecreet, dat een discriminatieverbod en een onpartijdigheidsplicht bevat, waarover de Kamer bevoegd is uitspraak te doen, vormt een inperking van deze autonomie en vrijheid. Bij het toezicht op de naleving van artikel 39 van het Mediadecreet gaat de Kamer na of de gemaakte keuzes op een redelijke en objectieve manier journalistiek en inhoudelijk kunnen worden verantwoord, zonder zich evenwel in de plaats van VRT te stellen.

De Kamer verduidelijkt dat het feit dat dergelijke uitzending door een groep kijkers als denigrerend of schokkend kan worden ervaren, niet volstaat om dat programmaonderdeel als ontoelaatbaar te beschouwen en vast te stellen dat het op discriminerende wijze inbreuk maakt op het recht van eenieder om vrij een godsdienst te kiezen of te belijden. “Niet elk beeld, niet elk woord op radio en televisie, waarvan de strekking kan worden opgevat als strijdig met een levensbeschouwing [levert] een discriminatie [op] in de programmaopbouw in de zin van [artikel 39, eerste lid, van het Mediadecreet].” (RvS 15 juni 2006, nr. 160.106, p. 13).

De Kamer stelt vast dat de gewraakte reportage niet eenzijdig is, maar daarentegen evenwichtig is opgebouwd en niet getuigt van enig opzet tot discriminatie van de Rooms-katholieke godsdienst noch van een gebrek aan onpartijdige behandeling, te meer omdat seksueel misbruik van minderjarigen geen alleenstaand geval betreft binnen de Rooms-katholieke Kerk.

De klacht wordt ongegrond verklaard.