Klacht tegen VRT kennelijk onontvankelijk

Korte samenvatting van de beslissing

De VRM ontving een klacht tegen VRT. Volgens de klager heeft VRT in haar berichtgeving in de aanloop van de verkiezingen van 26 mei 2019 gezondigd tegen het recht op informatie door de ‘Burgerlijsten’ niet op te nemen in de drie belangrijkste informatiebronnen van de kiezer: ‘De Stemtest’, de debatten tussen politici en het ‘Journaal’.

Een klacht die méér dan 15 dagen na de uitzending van het bedoelde televisieprogramma wordt ingediend, is echter laattijdig en onontvankelijk.

Artikel 12, tweede lid, van het Procedurebesluit bepaalt dat klachten die kennelijk niet voldoen aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden onmiddellijk door de voorzitter van de bevoegde kamer in een schriftelijk en met reden omklede beslissing onontvankelijk kunnen worden verklaard.

De voorzitter van de kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen verklaart de klacht bijgevolg kennelijk onontvankelijk.

Mediadecreet

"Om ontvankelijk te zijn, moet een bij de Regulator ingediende klacht aan de volgende voorwaarden voldoen:

1° ingediend zijn uiterlijk de vijftiende dag na de gebeurtenis die aanleiding heeft gegeven tot de klacht;

2° de naam, de hoedanigheid en het adres van de klager vermelden;

3° het belang bij het indienen van de klacht aangeven, behalve als het gaat om een klacht met betrekking tot de bepalingen over commerciële communicatie of boodschappen van algemeen nut;

4° het onderwerp van de klacht aangeven, met een uiteenzetting van de redenen waarop ze steunt en met vermelding van de persoon tegen wie de klacht is gericht. Als de klacht betrekking heeft op een radio- of televisieprogramma, moet de uitzending waartegen wordt opgekomen worden aangewezen met vermelding van de dag en het uur waarop de uitzending heeft plaatsgehad;

5° ondertekend zijn door de klager. Als de klacht uitgaat van een rechtspersoon, wordt ze ondertekend door een persoon die volgens de wet of de statuten bevoegd is om de rechtspersoon te vertegenwoordigen.

Klachten die kennelijk niet voldoen aan deze bepalingen kunnen onmiddelijk door de voorzitter van de bevoegde kamer in een schriftelijke en met redenen omklede beslissing onontvankelijk verklaard worden." 

"§ 2. De kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen doet uitspraak, hetzij ambtshalve wat betreft het toezicht op artikel 42 en artikel 176, 1°, hetzij op verzoek van de Vlaamse Regering, hetzij naar aanleiding van een klacht die op straffe van onontvankelijkheid ingediend is uiterlijk de vijftiende dag na de datum van de uitzending van het programma door eenieder die blijk geeft van een benadeling of een belang".

Partij 1:
Y.B.
Partij 2:
VRT
Kamer:
Kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen
Datum publicatie: 29 juli 2019
Beslissingsnummer:
2019/030
Type procedure:
Klacht