4.1. Beslissing 2018-005: Aanzetten tot haat - klacht tegen Topradio ongegrond

De VRM ontving een klacht van de secretaris-generaal van het Departement Cultuur, Jeugd en Media van de Vlaamse overheid tegen de uitzendingen van het programma ‘Rebel Radio’ van 15 en 22 november 2017 (14u-17u) op Topradio.

De klager voert aan dat er tijdens deze uitzendingen sprake was van “intimidatie van personeelsleden en een ex-personeelslid van het Departement Cultuur, Jeugd en Media, betroken bij de erkenningsronde voor de netwerkradio-omroeporganisaties door het (in)direct aansporen van haat”.

Uit de omschrijving op het klachtenformulier (m.n. “aansporen van haat”, “haatdragende connotatie”, “haatdragend karakter” en “spoort aan tot haatdragende en […] gewelddadige actie”) en de toelichting die door de klager werd gegeven tijdens de hoorzitting, blijkt duidelijk dat de klacht steunt op een vermeende schending van artikel 38 van het Mediadecreet, waarin een verbod op aansporen tot haat en geweld wordt opgelegd voor omroepactiviteiten.

De kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen is van oordeel dat er tijdens de gewraakte uitzendingen geen actief aanzetten of aansporen tot haat of geweldplegingen kan worden vastgesteld. De klacht is bijgevolg ongegrond.